Houdings- en hanteringsadviezen bij een obstetrisch plexus brachialis letsel

Houdings- en hanteringsadviezen bij een obstetrisch plexus brachialis letsel

Houdings- en hanteringsadviezen bij een obstetrisch plexus brachialis letsel

Wat is plexus brachialis?

De plexus brachialis is een groep zenuwen in de hals. De plexus is de verbinding tussen de hersenen en de spieren en huid van de arm. Elke beweging die men wil maken en elk gevoel dat men heeft, loopt via de plexus van en naar de hersenen. Vanuit de hersenen wordt een opdracht voor een beweging gegeven, of komt een gevoelswaarneming terug.

Wat is het geboorteletsel van de plexus brachialis, mate van herstel en wat is de oorzaak?

Letsel van de plexus brachialis bij pasgeborenen kan wisselen.

  1. Meest voorkomend is rek of kneuzing van de zenuw. In dit geval treedt er snel (dagen tot weken) volledig herstel op

  2. Soms is de zenuw gedeeltelijk gescheurd, hierbij duurt het herstel langer (weken tot maanden

  3. In enkele gevallen is de zenuw volledig afgescheurd, hierbij is spontaan herstel niet mogelijk

De oorzaak van deze beschadigingen is een moeilijke bevalling, waarbij er veel kracht op het gebied tussen hoofd en schouder wordt uitgeoefend.

Bij het geboorteletsel is in de meeste gevallen sprake van schade aan het bovenste deel van de plexus. Dit beeld wordt Erbse parese genoemd. Dat wil zeggen dat de functie van de pols- en vingerspieren is behouden. Bij een uitgebreider letsel kan ook de hele hand aangedaan zijn.

Wat zijn de merkbare gevolgen bij het kind?

De pasgeborene heeft meestal (afhankelijk van de uitgebreidheid van het letsel) een verminderde functie in zijn/haar schouder en arm. Dat wil zeggen dat uw baby minder met zijn aangedane arm beweegt ten opzichte van zijn niet aangedane arm.

Adviezen voor houdingen, hanteringen en verzorging

1. Oppakken en dragen

Leg eerst de aangedane arm naar voren (b.v. op de buik), draai het kind naar de andere zijde en pak hem/ haar met een hand onder de billen en de andere hand onder de schouders op.

Zorg dat tijdens het vasthouden en dragen en tijdens de verzorging, de aangedane arm altijd tegen het lichaam blijft liggen.

De eerste twee weken is het advies om bij het badderen goed op te letten dat het armpje op het lichaam van de baby blijft, en dat bij het afdrogen van de okselholte de arm niet helemaal boven het hoofd opgetild wordt

Boven het hoofd tillen van de arm geeft te veel trek aan de gewrichtsbanden.

Een goede houding op schoot is middenvoor op de knieën. Laat de arm in ieder geval niet achter uw romp haken of afhangen.

Als het kind veel door verschillende mensen of door kleine kinderen vastgehouden wordt tijdens het bezoek, is het handig om de arm wel even met een veiligheidsspeldje op het vestje van de romp te fixeren. Na het bezoek moet de fixatie van het armpje weer weggenomen worden.

2. In lig

Op de rug

Dubbelgevouwen spuugdoekje onder de aangedane schouder leggen of het kind in een rolletje leggen waarbij beide schouders ondersteund worden.

Op de zij

Zorgen dat de aangedane arm niet voor of achter de romp hangt maar op de zijkant van de romp ligt.

3. Aankleden

In de eerste twee weken alleen een mouwloos hemdje of een overslag rompertje laten dragen. Bij aankleden eerst de aangedane arm in de mouw, bij uitkleden eerst de niet-aangedane arm uit de mouw halen. Geen drukknoopjes op de aangedane schouder.

Adviezen om de aangedane arm te stimuleren

1. Het voorkomen van het negeren van de arm (neglect)

Uw baby kan mogelijk zijn/haar arm niet goed voelen waardoor het de arm kan negeren. Het is daarom belangrijk om zo vroeg mogelijk gevoelsprikkels, zoals het strelen en knuffelen van de arm, aan te bieden. Door de arm te betrekken bij alle handelingen en bijvoorbeeld de hand naar de mond te brengen en op de duim of hand te laten sabbelen, wordt uw baby zich meer bewust van de aangedane arm.

2. Het voorkomen van bewegingsbeperkingen (contacturen)

Door schade aan de zenuwen spannen sommige spieren wel aan en andere niet. Hierdoor kan bijvoorbeeld bij de aangedane arm de elleboog steeds gebogen liggen of de hand in een vuist. Door niet te bewegen en steeds in 1 houding te liggen kan het gewricht verstijven (contractuur). Door dagelijks tijdens de verzorging aangedane arm rustig te bewegen kan dit worden voorkomen. De schouder mag tot 90 graden zijwaarts of voorwaarts omhoog bewogen worden (haakse hoek, zie afbeelding beneden). Elke spontane actieve beweging die uw baby zelf maakt is prima.

3. Het voorkomen van voorkeurshouding
Er is een grotere kans dat uw kind een voorkeurshouding van het hoofd naar de gezonde kant ontwikkelt. Wees hierop alert en zorg ervoor dat uw baby ook regelmatig met het hoofd naar de aangedane zijde ligt of kijkt. Indien er een duidelijke voorkeur aanwezig is, benader uw baby dan zo veel mogelijk vanaf de aangedane zijde.

Oefeningen

Om de beweeglijkheid van aangedane arm optimaal te houden, moet na de geboorte al snel gestart worden met mobiliteitsonderhoudende oefeningen. Extreme bewegingsuitslagen van de arm moeten wel vermeden worden.

De oefeningen worden met u doorgenomen bij het eerste contact met de kinderfysiotherapeute. In geval van afwezigheid van de kinderfysiotherpeute wordt u zo snel mogelijk telefonisch benaderd om de informatie met u te bespreken.

Als uw kindje 2 a 3 weken oud is, komt u voor het eerst met hem/ haar bij ons op de afdeling fysiotherapie voor een poliklinische controle.

De kinderarts en kinderfysiotherapeut kijken samen naar de (motorische) ontwikkeling van uw kind en de vorderingen in het herstel van de plexus brachialis.

Meer informatie?

Voor vragen kunt u altijd terecht op de afdeling Fysiotherapie van het Ikazia Ziekenhuis Rotterdam. Vrijwel iedere werkdag is daar een kinderfysiotherapeut aanwezig.
Telefoonnummer 010 29 75480.

Kinderfysiotherapeuten:

Tanja Mrkic (t.mrkic@ikazia.nl)

Esther Stolk ( e.stolk@ikazia.nl)