Uw kind op de dagbehandeling

Uw kind op de dagbehandeling

Moeder en Kind Centrum

Inhoudsopgave

Welkom op de afdeling

1. Voorbereiding op de opname

1.1 Preoperatieve voorbereidingen (POP)

1.2 Opnamedatum

1.3 Vaccinaties en griepprik

1.4 Nuchter regels

2. De dag van opname

2.1 Wat neemt u mee naar de afdeling Dagbehandeling

2.2 Aanmelden in het ziekenhuis

2.3 Naar de operatie afdeling

2.4 Na de operatie

2.5 Terug op de afdeling dagbehandeling

2.6 Bezoek

3. Naar huis

3.1 Nazorg

3.2 De volgende werkdag

3.3 Mogelijke reacties van uw kind na de opname

4. Algemene informatie

4.1 Telefoonlijst

4.2 Rechten en plichten

4.3 Faciliteiten Ikazia Ziekenhuis

4.4 Veilig in Ikazia

4.5 Tot slot

Welkom op de afdeling

Uw kind wordt een dag(deel) opgenomen in het Ikazia Ziekenhuis voor een operatie.

Dagopnames vinden plaats op de 4e verdieping, afdeling 4C/J.

Deze afdeling is geopend van maandag tot en met vrijdag van 7.00 uur tot 21.30 uur.

Op de dagbehandeling verblijven zowel kinderen van 1 tot 18 jaar als volwassenen. Kinderen tot 16 jaar worden apart van de volwassenen, in een kindvriendelijke omgeving, verpleegd.

In deze folder geven wij u praktische informatie over de gang van zaken op de afdeling dagbehandeling, de anesthesie, de opname / behandeling die uw kind zal ondergaan.

Voor de leesbaarheid van de folder zal in het vervolg als het over kinderen gaat over ‘hij’ en ‘hem’ worden gesproken, maar vanzelfsprekend slaat de tekst ook op meisjes. Als er in de tekst gesproken wordt over ‘ouder’, kunt u ook ‘verzorger’ lezen.

1. Voorbereiding op de opname

1.1 Preoperatieve voorbereidingen (POP)

Na bezoek bij de polikliniek wordt er gevraagd een vragenlijst voor uw kind in te vullen.

Is de vragenlijst ingevuld, dan zal een collega van de Centrale Opnameplanning telefonisch contact met u opnemen voor het plannen van een afspraak bij de Preoperatieve Polikliniek. Dit kunnen drie achtereenvolgende telefonische gesprekken zijn of drie fysieke afspraken in het ziekenhuis. Daarna heeft u een intake gesprek met een POP verpleegkundige en een assistent van de apotheek. Daarna bespreekt de anesthesioloog met u en uw kind de gezondheidstoestand van uw kind en de manier waarop hij onder narcose zal worden gebracht. Met een narcose kapje of via het infuus.

Dit hangt af van leeftijd, gewicht, gezondheid en soort ingreep.

Geef tijdens uw afspraak bij de POP verpleegkundige bijzonderheden aan betreft de ontwikkeling van uw kind. Bijvoorbeeld wanneer uw kind bekend is met een (ontwikkeling-) stoornis of psychosociale bijzonderheden.

(bijvoorbeeld autisme/ASS/extreme angst/trauma/verstandelijke beperking)

   

1.2 Opnamedatum

De datum van de behandeling wordt gepland door de Centrale Opname Planning (COP) in overleg met de arts. Deze datum is altijd onder voorbehoud. Minimaal een week voor de opnamedatum krijgt u een schriftelijke bevestiging met de datum en tijd waarop u in het ziekenhuis wordt verwacht. Heeft u nog vragen over de datum van de opname, of wilt u nog veranderingen doorgeven, neemt u dan contact op met de Centrale Opname Planning. Tel: 010-297 5757

Wij verzoeken u vriendelijk om op tijd te komen. Wanneer uw kind op de dag van opname ziek is, ernstig verkouden is met koorts, in aanraking is geweest met een kinderziekte of deze heeft, geeft u dit dan zo spoedig mogelijk door aan de afdeling COP.

1.3 Vaccinaties en griepprik

Voor de kindervaccinaties D(K)TP, Hib, menC, HepB, pneu, HPV en voor de griepprik geldt dat er 2 volle DAGEN (48 uur) tussen de prik en de operatie moet zitten, mits uw kind geen griepverschijnselen heeft. Voor de BMR vaccinatie geldt dat er 2 volle WEKEN tussen de prik en de operatie moet zitten. Als er wel tekenen van griep zijn, moet er vóór de operatie overleg plaatsvinden met de preoperatieve polikliniek.

Voorbereiding thuis

Het is goed om enkele dagen voor de opname uw kind te vertellen over wat er gaat gebeuren in het ziekenhuis. Wanneer u hiermee begint is een beetje afhankelijk van de leeftijd en ontwikkeling van uw kind. Begin hier bij jongere kinderen niet te vroeg mee, u kunt uitgaan van maximaal 3 dagen van te voren. Bij oudere kinderen kan het natuurlijk wel eerder.

U kunt vertellen over de narcose, slapen tijdens de operatie, en benadrukken dat u de hele tijd bij hem in de buurt zal zijn.

Vraag uw kind ook eens zelf te vertellen hoe hij denkt dat de dag zal verlopen. Zo weet u of hij alles heeft begrepen.

U hoeft uw kind niet te vertellen dat het narcose kapje stinkt of vervelend is. Uiteraard kan het zijn dat uw kind dit wel zo zal ervaren maar er zijn ook veel kinderen die dit helemaal niet vervelend vinden. Juist door vooraf al te benadrukken dat het vervelend is, zal uw kind dit ook sneller zo ervaren.

U kunt uw kind bijvoorbeeld wel vertellen dat hij een zacht kapje voor de neus en mond krijgt waar een bijzonder slaap luchtje uit komt. Dit luchtje is niet echt te vergelijken met een andere lucht dus noem het bijvoorbeeld “slaapluchtje” of “droomgeur”.

Er zijn ook verschillende kinderboeken te verkrijgen en filmpjes te vinden op internet over een ziekenhuisopname. Houd hierbij rekening dat in deze boekjes en filmpjes een ziekenhuis opname anders omschreven kan worden dan het in werkelijkheid zal zijn. Op de kinderwebsite van het Ikazia ziekenhuis kunt u de 2 voorlichtingsfilms en informatie vinden over de dagopname. Scan de QR code hieronder om naar de kinderwebsite te gaan, daar kunt u alle informatie vinden over de voorbereiding van uw kind.

1.4 Nuchter regels

Voor de operatie of behandeling moet uw kind nuchter zijn, dit betekent dat uw kind een bepaalde tijd niet mag eten en drinken.

Dit is om te voorkomen dat tijdens de operatie de inhoud van de maag in de luchtpijp en longen terechtkomt. Is uw kind niet nuchter, dan kan de operatie niet doorgaan! Toch is het ook erg belangrijk dat uw kind voldoende helder vocht heeft gedronken!

Volg de nuchterregels op, die vermeld staan in de folder “anesthesie bij kinderen”

www.ikazia.nl/assets/folders/800627-NL.pdf

2. De dag van opname

2.1 Wat neemt u mee naar de afdeling Dagbehandeling

• Brief COP met bevestiging opnamedatum en tijd;

• Inschrijvingsbewijs van de zorgverzekeraar van uw kind (pasje zorgverzekering);

• Legitimatiebewijs van u en uw kind;Als de gegevens van uw kind zijn gewijzigd, geeft u dit dan door bij de balie waar u zich op de dag van opname moet melden;

• Twee pyjama’s en extra ondergoed. Let op! Geen maillot of onesie;

• Telefoonnummer(s) van contactpersoon;

• Iets ter ontspanning;

• Schone knuffel (deze mag mee naar de operatiekamer!);

• Pantoffels/slippers;

• Handig om mee te nemen is: een eigen (tuit)beker/zuigfles/speen, luiers, een zonnebril wanneer uw kind aan de ogen geopereerd wordt en eventueel speelgoed waaraan uw kind gehecht is.

Uw kind mag geen nagellak, oorbellen, piercings of andere sieraden dragen op de operatiekamer.

Ook andere losse spullen van u of uw kind mogen niet mee naar de operatiekamer. Uw tas of andere waardevolle spullen kunnen opgeborgen worden in een kluisje op de kamer welke u met een persoonlijke code kunt gebruiken. Uw kind mag uiteraard wel zijn knuffel mee.

2.2 Aanmelden in het ziekenhuis

Meld u met uw kind op de afgesproken dag en tijd bij één van de aanmeldzuilen in de centrale hal van het ziekenhuis. Hierna komt u met uw kind naar de afdeling dagbehandeling op de vierde verdieping waar u zich weer meldt bij de balie.

Een medewerker zal u de kamer wijzen en het bed wat die dag voor uw kind bestemd is.

Een verpleegkundige zal met u en uw kind een opname gesprek voeren en uitleg geven over de opname.

Tijdens de gehele opname zult u merken dat er meerdere malen gevraagd word naar de gegevens en informatie van uw kind. Dit zijn belangrijke controle momenten.

Het kan gebeuren dat er een wachttijd is voordat uw kind naar de operatiekamer mag komen, dan mag hij, onder uw begeleiding, nog even spelen in de speelkamer.

U wordt door de verpleegkundige geroepen wanneer uw kind aan de beurt is.

Medisch pedagogische zorg

De medisch pedagoog begeleidt zo veel mogelijk ouders en kinderen tijdens een dag opname en komt (indien de tijd dit toelaat) voordat uw kind geopereerd wordt bij u kennismaken.

Zij kan u en uw kind tijdens de opname begeleiden en loopt in de meeste gevallen mee naar de operatiekamer. Ook na de operatie kunt u haar nog terugzien.

U kunt bij haar terecht met vragen over bijvoorbeeld;

• Voorlichting en begeleiding tijdens de opname;

• Angst/stress rondom de opname, bij uw kind of bij uzelf;

• Verwerking van de opname (bij angst, verdriet, boosheid, pijn en herstel);

• Meer intensieve begeleiding van u en uw kind indien uw kind bekend is met bijvoorbeeld ADHD, autisme, (verstandelijke) beperking of extreme angst.

2.3 Naar de operatie afdeling

Als uw kind naar de operatiekamer gaat moet één van de ouders mee, zorg dat als ouder dat u zelf wel wat gegeten heeft. Deze persoon blijft dan op de operatie afdeling tot uw kind weer terug komt op de uitslaapkamer.

Alleen bij operaties die wat langer duren kunt u terug naar de afdeling, dit gaat in overleg met de verpleegkundige of medisch pedagoog. Blijf wel bereikbaar en in de buurt.

Uw kind mag in zijn pyjama naar de operatieafdeling en mag zijn knuffel meenemen.

U mag geen losse spullen meenemen naar de operatieafdeling en telefoons moeten worden uitgeschakeld.

Het is niet toegestaan om foto’s te maken tijdens de opname, ook niet op de operatieafdeling.

Op de operatieafdeling krijgt u een disposable pak aan en een muts op vanwege de hygiëne. De verpleegkundige geeft samen met u bijzonderheden door aan de medewerker op de operatieafdeling.

U mag bij uw kind blijven tot hij slaapt. Het is belangrijk dat u de instructies van het personeel op de (operatie) afdeling opvolgt.

Wordt uw kind onder narcose gebracht met een kapje en bent u zwanger? Dan raden wij het af om uw kind te begeleiden.

Omdat er onzekerheid bestaat of de narcosemiddelen die u eventueel inademt, schadelijk zijn voor het ongeboren kind. Als u toch mee gaat met uw kind, is dit op eigen risico.

Zorgt u in dit geval dat er een andere ouder/verzorger (met gezag) uw kind kan begeleiden tijdens het onder narcose brengen.

Is er niet een gezag hebbend persoon aanwezig voor uw kind dan dient u een machtiging te tekenen zodat een andere persoon wel bij uw kind kan blijven (oma/opa, tante/oom bijvoorbeeld).

Kinderen tot 18 jaar (bijvoorbeeld broer of zus) zijn niet toegestaan om met uw kind mee te gaan.

Wanneer uw kind gaat slapen met een kapje

Voor dat u naar de operatiekamer gaat wordt u eerst naar de “holdingsluis” gebracht. In deze wachtruimte worden de gegevens van uw kind overgedragen aan de verpleegkundige van de operatie afdeling. U wordt vanzelf opgehaald zodra de operatiekamer en het personeel klaar is.

Op de operatiekamer mogen kleine kinderen op schoot zitten, oudere kinderen gaan op het bed liggen van de operatiekamer.

Na de laatste controle van de gegevens op de operatiekamer, krijgt uw kind het narcosekapje voor zijn gezicht. Het is prettig als u op dat moment praat met uw kind en hem vertelt wat er gebeurt of kletst over bijvoorbeeld een mooie droom of fijne vakantie. U wordt hier ook bij geholpen door het aanwezige personeel.

Wanneer uw kind gaat slapen met een kapje wordt zo nodig een infuus geplaatst wanneer hij slaapt, afhankelijk van de ingreep. Zo zal uw kind er niets van merken. Tijdens de ingreep houdt de anesthesioloog ("slaapdokter") uw kind in slaap. De anesthesioloog of anesthesiemedewerker blijft tijdens de operatie bij uw kind om onder andere het hartritme, bloeddruk en ademhaling te bewaken.

Wanneer uw kind gaat slapen met een infuus

Uw kind gaat voor het plaatsen van een infuus en evt. andere voorbereidingen eerst naar de “holding” ofwel de voorbereidingsruimte op de operatie afdeling.

Het is prettig wanneer uw kind warme handen heeft voor het plaatsen van het infuus.

Het infuus is als het ware een soort “tankdopje” waar later op de operatiekamer de (slaap) medicijnen door gegeven kunnen worden.

Voor het plaatsen van het infuus, kunnen we de Buzzy gebruiken (zie foto). Dit is een klein apparaatje in de vorm van een bij of lieveheersbeestje. De Buzzy kan trillen en heeft koude ‘vleugels’, dit is een klein bevroren gel zakje uit de vriezer. De Buzzy wordt vlak boven het infuusplekje geplaatst met een bandje. Door de kou en de trilling van de Buzzy zal het plaatsen van het infuus prettiger zijn voor uw kind.

Naast de Buzzy krijgt uw kind een strakke elastieken band om de arm die ervoor zorgt dat de bloedvaten meer in het zicht komen. De verpleegkundige zal u en uw kind de nodige instructies geven.

Bedenk van te voren samen met uw kind of hij wil kijken of juist niet. Misschien kunt u uw kind goed afleiden door met hem te kletsen over iets leuks.

Zodra het infuus geplaatst is, zal de naald snel verwijderd worden en het infuus worden vastgeplakt. De Buzzy kan dan ook worden weggehaald. Er zit dan alleen nog een heel klein smal plastic rietje/ buisje in zijn hand of arm.

Tijdens de ingreep houdt de anesthesioloog uw kind in slaap. De anesthesioloog of anesthesiemedewerker blijft tijdens de operatie bij uw kind om onder andere het hartritme, bloeddruk en ademhaling te bewaken. Hiervoor krijgt uw kind bij de voorbereidingen een grote band (bloeddrukband) om de arm en een soort zachte knijper (meter van zuurstof in het bloed) op de vinger.

Na deze voorbereidingen kan uw kind naar de operatie kamer. Hier zal uw kind via het infuus de slaapmedicijnen krijgen.

Naast de slaapmedicijnen via het infuus krijgt uw kind een zacht zuurstof maskertje voor de neus en de mond. Hiermee krijgt uw kind frisse lucht en kan hij goed in slaap vallen.

Zodra uw kind in slaap is zal u naar de wachtruimte bij de uitslaapkamer gebracht worden of u kunt (wanneer de operatie wat langer duurt) terug naar de afdeling. Zodra de operatie klaar is zal de verpleegkundige u zo snel mogelijk weer bij uw kind roepen.

2.4 Na de operatie

Na de operatie wordt uw kind naar de verkoeverkamer gebracht. Uw kind wordt hier nogmaals gecontroleerd en u word zo snel mogelijk bij uw kind geroepen.

Wanneer uw kind terug is van de operatie, is het heel belangrijk dat hij gaat drinken en, afhankelijk van de operatie, eten.

Voor uw kind kan dit lastig zijn wanneer hij geholpen is aan iets in de mond, bijvoorbeeld amandelen knippen of een ingreep aan de tanden.

Door de pijn, de verdoving of het gevoel dat er iets in de mond of keel is gebeurd, kan uw kind van slag zijn en niet willen drinken. Toch is dit wel heel belangrijk voor de wondgenezing, tegen de pijn en voor een goed herstel. Daarnaast heeft een kind dat voldoende drinkt minder kans op een nabloeding.

We bespreken met u graag hoe we u en uw kind daarbij kunnen helpen.

2.5 Terug op de afdeling dagbehandeling

Eenmaal terug op de afdeling is uw kind wakker uit de narcose, maar kan nog regelmatig “wegdoezelen”. Het hangt van de soort operatie af, wat en wanneer uw kind mag gaan drinken en eten.

De verpleegkundige observeert of uw kind goed herstelt. Uw kind krijgt op afgesproken tijden pijnmedicatie.

Na de operatie moet uw kind enige tijd hier blijven zodat hij goed kan herstellen.

Hoe lang uw kind hier moet blijven is afhankelijk van de ingreep en het herstel van uw kind.

De arts, de verpleegkundige en de anesthesioloog beoordelen samen wanneer uw kind naar huis kan gaan. U kunt op de afdeling dagbehandeling tot ongeveer 20.00 uur naar huis.

Als de behandelend arts, anesthesioloog of de verpleegkundige het niet verantwoord vinden dat uw kind naar huis gaat, overleggen zij dit met u en wordt uw kind overgeplaatst naar de kinderafdeling. Er dient één ouder bij uw kind te blijven slapen.

Uitslag en/of bevindingen over de ingreep of behandeling krijgen u en uw kind bij het eerstvolgende controlebezoek op de polikliniek. In sommige gevallen komt de arts na de operatie bij u en uw kind langs.

2.6 Bezoek

Op de dagbehandeling mogen maximaal 2 ouders of verzorgers de hele dag aanwezig zijn.
Broertjes en zusjes mogen niet op de afdeling komen. Uw aandacht moet naar uw kind uitgaan dat geopereerd wordt. Daarnaast is het ook voor de andere patiënten van belang dat het rustig blijft op de afdeling.

Ander bezoek is niet toegestaan. Een uitzondering hierop is iemand die moet tolken voor u als ouder, als u geen Nederlands verstaat/ begrijpt.

U kunt gebruik maken van de koffie/ thee kar op de gang. Als uw kind de gehele dag in het ziekenhuis blijft krijgt u tussen de middag een lunch aangeboden.

3. Naar huis

De verpleegkundige bereidt u en uw kind voor op het vertrek naar huis. Bij het verlaten van het ziekenhuis raden wij aan om met twee volwassenen te zijn, zodat één van u kunt rijden en de andere naast uw kind kan zitten.

Het is niet verantwoord om met uw kind met het openbaar vervoer naar huis te gaan, omdat dit voor uw kind te inspannend kan zijn en er kunnen problemen optreden zoals braken en bloeden.

U kunt eventueel gebruik maken van een taxi. De receptionist bij de ingang van het ziekenhuis kan een taxi voor u bestellen. De kosten van de taxirit komen voor uw eigen rekening.

Als u en uw kind opgehaald worden kan uw chauffeur de auto even op de "Kiss and Ride" plaatsen, de grote witte cirkel voor de hoofdentree, op het terrein.

3.1 Nazorg

Afhankelijk van de behandeling krijgen u en uw kind adviezen mee voor thuis. Voor een goed herstel van uw kind is het belangrijk dat u de adviezen met betrekking tot pijnmedicatie, voeding, oefeningen, wondverzorging, etc. zorgvuldig opvolgt.

Gedurende 48 uur na de operatie moet u uw kind de pijnmedicatie op afgesproken tijden geven;

Uw kind krijgt een afspraak mee voor een volgend polikliniekbezoek of u krijgt instructies van de verpleegkundige om zelf een afspraak te maken, afhankelijk van de operatie;

Eventueel krijgt uw kind een recept voor nieuwe medicijnen en/of verbandmateriaal;

In sommige gevallen krijgt u een brief voor de huisarts mee. Deze brief kunt u het beste op de eerstvolgende werkdag bij uw huisarts afgeven.

3.2 Mogelijke reacties van uw kind na de opname

Wanneer uw kind weer thuis is, zal het vaak de opname in het ziekenhuis nog moeten verwerken. Dit kan soms pas als hij weer in een veilige omgeving is.

Het kan voorkomen dat uw kind zich na de opname anders zal gedragen dan vóór de opname. Het kan dat uw kind sneller angstig is als u even weggaat, hij kan huilen zonder duidelijke aanleiding of misschien is hij sneller boos. Uw kind kan ook moeite hebben met inslapen, onrustiger slapen dan gewoonlijk, ’s nachts bang zijn of ineens minder zindelijk zijn en in bed plassen.

Dit zijn reacties die in de meeste gevallen vanzelf weer overgaan zodra uw kind weer in zijn eigen ritme komt en de opname heeft verwerkt.

U kunt uw kind het beste helpen door hem in deze tijd wat extra aandacht te geven, maar wel consequent te blijven. Probeer het normale dagelijkse ritme zo veel mogelijk aan te houden. Geef uw kind de ruimte als hij over de opname wil praten of tekenen, of speel bijvoorbeeld de ziekenhuis opname na met lego, zodat hij zijn emoties kan verwerken.

Het is belangrijk dat u hierbij begrip toont, geduldig blijft en het tempo van uw kind volgt. Als uw kind de opname niet noemt hoeft u dit niet ter sprake te brengen. Misschien komt dit later pas of heeft uw kind dit niet nodig.

Als u thuis vragen heeft over het verwerken van de opname of u komt er niet uit, kunt u natuurlijk contact opnemen met de medisch pedagoog. Zij kan u misschien helpen en informatie geven. U kunt hiervoor bellen met de afdeling Dagbehandeling (4CJ)

4. Algemene informatie

4.1 Telefoonlijst

Bel met de centrale opname planning voor:

• Vragen over de opname;

• Veranderingen voor de opname;

• Wanneer uw kind in aanraking is geweest met een kinderziekte;

• Wanneer uw kind op de dag van opname ziek is, ernstig verkouden met koorts of een kinderziekte heeft.

T 010 297 57 57

Bel de preoperatieve poli voor:

• Vragen over medicatie of anesthesievorm, narcose.

T 010 297 57 50

Bel de afdeling Dagbehandeling 4CJ voor:

• Voor een individuele afspraak voor de voorlichting;

• Voor vragen en advies om uw kind voor te bereiden op de opname;

• Voor vragen en advies over de verwerking van de opname;

T 010 297 52 24

Bel de Spoedeisende Hulp voor:

• Als uw kind klachten of problemen krijgt kunt u, indien noodzakelijk, buiten kantoortijden contact opnemen met de Spoedeisende Hulp.

T 010 297 53 00 (buiten kantoortijden)

4.2 Rechten en plichten

Uiteraard heeft uw kind recht op goede en doelmatige zorg. In de Wet op de Geneeskundige Behandelings Overeenkomst (WGBO) staan een aantal rechten en plichten beschreven.

Een van de rechten is het recht op informatie. De arts moet volledige informatie geven aan de patiënt, voordat een patiënt toestemming geeft voor een behandeling of onderzoek.

Voor kinderen is deze wet in verschillende leeftijdscategorieën opgesplitst:

Kinderen tot 12 jaar. Aan de ouders moet toestemming gevraagd worden voor een onderzoek of operatie. Kinderen hoeven zelf geen toestemming te geven.

Zij hebben wel recht op informatie die afgestemd is op hun bevattingsvermogen;

Kinderen van 12 tot en met 15 jaar. In deze leeftijdscategorie is dubbele toestemming nodig. Zowel het kind als de ouder moet toestemming geven;

Kinderen vanaf 16 jaar. Deze kinderen moeten zelf toestemming geven voor een onderzoek/operatie.

Meer informatie over de WGBO kunnen u en uw kind vinden op de website van de Vereniging Kind en Ziekenhuis: www.jadokterneedokter.nl

Inzage in het verpleegkundig dossier

U heeft recht om het verpleegkundig dossier in te zien. U kunt dit vragen aan de verpleegkundige die voor uw kind zorgt.

Bij eventuele onduidelijkheden/vragen kunt u terecht bij de verpleegkundige.

Het is niet de bedoeling dat bezoekers dit dossier inzien.

4.3 Faciliteiten Ikazia Ziekenhuis

Patiënten Service Bureau

Bij het Patiënten Service Bureau kunt u (aanvullende) informatie krijgen over ziekte en behandeling. Het bureau heeft een uitgebreide verzameling voorlichtingsmateriaal.

Ook kunnen de medewerkers u en uw kind informeren over de gang van zaken in het ziekenhuis, patiëntenverenigingen, rechten en plichten van de patiënt, de klachtenregeling van het Ikazia Ziekenhuis, de gezondheidszorg in het algemeen en gezondheidszorginstellingen in de regio.

Het Patiënten Service Bureau bevindt zich in de hal van het ziekenhuis, en is geopend van maandag tot en met vrijdag van 9.00 - 16.00 uur en is bereikbaar via telefoonnummer

T 010 297 57 00 of via email: psb@ikazia.nl.

Parkeren

U kunt gebruik maken van de parkeergarage achter het ziekenhuis. Hier kunt u met alle betaalmiddelen betalen. Overal in de omgeving is het betaald parkeren.

U kunt hier niet met contant geld betalen.

Tegenover het Ikazia Ziekenhuis bevindt zich winkelcentrum Zuidplein.

Onder dit winkelcentrum bevindt zich een parkeergarage waar u tegen het daar geldende tarief kunt parkeren.

4.4 Veilig in Ikazia

Het Ikazia Ziekenhuis ziet het als haar nadrukkelijke verantwoordelijkheid een veilig klimaat te scheppen waarin patiënten, bezoekers en medewerkers zich veilig voelen. Dit houdt in dat agressie en geweld, in welke vorm dan ook, niet wordt getolereerd. Iedereen moet zich houden aan de opgestelde gedragsregels.

Niet toegestaan gedrag

• verbaal geweld: belediging, vloeken en kwetsende opmerkingen;

• discriminatie;

• bedreiging;

• seksuele intimidatie;

• fysiek geweld of een poging daartoe;

• vernieling;

• diefstal;

• bezit van wapens en andere gevaarlijke voorwerpen;

• overlast door gebruik van alcohol en drugs;

• zich doelloos ophouden.

Bij overtreding van de gedragsregels

Als de gedragsregels overtreden worden kan Ikazia sancties opleggen aan de overtreder.

Dit kan in de vorm van een waarschuwing. In geval van herhaling van de overtreding of een ernstige overtreding kan de behandelovereenkomst worden opgezegd. Hierbij krijgt de overtreder een ziekenhuisverbod voor bepaalde of onbepaalde tijd.

Incidenten worden altijd geregistreerd in ons systeem. Als er sprake is van een strafbaar feit doet het Ikazia Ziekenhuis aangifte bij de politie.

In geval van schade bij een agressie & geweldincident is de dader altijd financieel verantwoordelijk.

Meer informatie op www.ikazia.nl/veiliginikazia

Uw eigen veiligheid

In het Ikazia Ziekenhuis werken wij samen om u als patiënt veilige zorg te bieden. Maar dat kunnen wij niet alleen. U kunt zelf een belangrijke bijdrage leveren aan de veiligheid van zorg. Om u daarbij te ondersteunen is de patiëntveiligheidskaart ontwikkeld die als losse bijlage bij dit boekje is toegevoegd. Op deze kaart staan aanwijzingen die u kunt gebruiken tijdens uw behandeling of verzorging in ons ziekenhuis.

Bijvoorbeeld: geef aan als u iets niet begrijpt of als de behandeling anders is dan u verwacht.

Samen maken we de zorg nog veiliger

In ons ziekenhuis wordt gebruik gemaakt van videobewaking en cameratoezicht om de veiligheid op het terrein en in het ziekenhuis te verhogen. Bij alle toegangen en op verschillende plaatsen in het gebouw en op het terrein zijn camera’s opgesteld. Indien nodig kunnen video-opnames worden gebruikt bij de opsporing van eventuele ordeverstoring.

Met de opnames kunnen bijvoorbeeld veroorzakers van incidenten of plegers van misdrijven op het terrein of in het gebouw worden achterhaald.

4.5 Tot slot

Wij doen er alles aan om het bezoek van u en uw kind aan onze afdeling zo prettig mogelijk te laten verlopen. Het kan echter voorkomen dat u en/ of uw kind niet helemaal tevreden zijn. U kunt uw opmerkingen of klachten over het verblijf of de ingreep/ behandeling het beste direct bespreken met de betrokken personen of met de teamleider van de afdeling dagbehandeling/kortverblijf.

Komt u er na overleg niet uit, of wilt u dit liever overleggen over uw klacht, dan kunt u ook contact opnemen met de klachtenfunctionaris. Dit kan zowel telefonisch, schriftelijk als per e-mail.

Klachtenfunctionaris Ikazia Ziekenhuis

Antwoordnummer 80161 T 010 297 55 08

3008 AA Rotterdam E klachtenfunctionaris@ikazia.nl